Gisteren had ik een gezellig uitje met de vrijwilligers van het bezoekerscentrum Reitdiep. We bezochten de molen Germania in Thesinge en daarna gingen we naar de Felicitas en de zeven broeders kerk, die vroeger hoorde bij het Germaniaklooster. Eigenlijk hadden we een kleine monumentendag-ervaring.
Een van onze vrijwilligers is ook vrijwilliger bij de molen in Thesinge en kon ons het een en ander vertellen. Zo staat boven de voordeur van de molen het jaartal 1852. In dit jaar werd de molen niet gebouwd, het is zeker honderd jaar ouder, maar verhoogd. Er zitten balken in de molen die nóg weer honderd jaar ouder zijn en uit Noorwegen komen. Men weet niet waar die balken eerder voor gebruikt zijn. Mogelijk een andere molen elders, want molens waren soort 'bouwpakketten'. Er staan nog cijfers op de balken, zodat je na het demonteren makkelijk weer kon monteren.
De molen was vroeger een pelmolen, omdat de molenaar voor het malen tot meel belasting moest betalen en voor pellen niet. Zo kreeg je gort, het 'armeluisvoedsel'. In de molen staat sinds de jaren vijftig ook een elektromotor, zodat er ook zonder wind (en wieken) gemalen kon worden.
We mochten de molen in en op de trans, niet bij de wieken want die draaiden. Het uitzicht op zo'n molen is natuurlijk mooi, maar waarom laten ze zulke brede kieren tussen de planken? Ik vond het maar niets, want heb hoogtevrees. Toch even een half rondje gelopen.
Hieronder wat foto's van de molen. Ik zou ze graag naast elkaar zetten, maar dat werkt bij blogger niet zo goed, helaas.
De ingang van de molen. Boven de deur hangt het wapen van Ten Boer. In dit wapen zie je vier Bisschopsstaffen, die symbool staan voor de vier kloosters die Ten Boer vroeger had. Daaronder zie je het jaartal 1852.
We hadden enorm geluk met het weer. Zo konden we lekker buiten zitten, terwijl we uitleg kregen over de molen. Met z'n allen binnen had niet gepast, ben ik bang.
Ziehier het uitzicht van de trans. Richting de stad staan er helaas huizen voor het uitzicht, maar daar mochten we ook niet komen vanwege de draaiende wieken.
Een molensteen die niet (meer) in gebruik is.
De molenstenen die daadwerkelijk nog malen zitten in een houten bekisting.
En hier zie je dan de oude houten balken en het mechaniek van de molen.
Felicitas en de Zeven Broederskerk
Zoals gezegd gingen we na de molen naar de kerk. Hier is ook veel over te vertellen. Dat staat gelukkig ook allemaal op wikepedia met nog veel meer informatie over het vroegere klooster.
De kerk van Thesinge had vroeger gewelven, maar om allerlei redenen, vooral geld, is het plafond verlaagd.
ScheuvelhoesNadat we allemaal weer een stuk wijzer waren geworden over de geschiedenis van onze provincie, de geschiedenis van zowel de molen als het klooster is verbonden met andere molens en kloosters in de hele provincie, gingen we lekker eten in het
Scheuvelhoes. Het was voor sommigen even zoeken waar deze zich bevond, maar dat bleek nét even aan de rand van Thesinge, bij de ijsbaan. Eigenlijk zegt de naam dat ook al*.
Voordat we gingen eten, hebben we met z'n allen nog heerlijk in het zonnetje gezeten op het terras, uitkijkend over het wijdse Groningse landschap richting de stad. Ik keek zelfs recht op de Martinitoren.
Ja, je moet het zien, maar als je in het midden van de foto kijkt, tussen de vrijstaande bomen, zie je de Olle Grieze.
Kijk daar.
Het eten was lekker en afwisselend, maar de ruimte zat erg vol. De (enorme) spin boven ons hoofd, verroerde zich gelukkig niet. Na het eten vertrokken mijn tafelgenotes en ik dan ook al snel. Toevallig woonden we allemaal bij elkaar in de buurt, dus konden we samen fietsen.
*Scheuveln is schaatsen op z'n Gronings.