"Kinderen lachen 300 tot 400 keer per dag, volwassenen nog maar 25 keer" Aan het woord is Miranda Middag lachcoach. Als je haar hoort lachen, lach je automatisch mee. Een mooie, gulle en volle lach. Een lach om jaloers op te zijn.
We zitten in een vergaderzaal, waarvan de tafels zijn verwijderd, stoelen staan in een ovaal opgesteld langs de wanden. Het is frisjes, maar in de loop van de workshop krijg je het vanzelf warm, wordt mij beloofd. Ondertussen heb ik kippenvel en ben ik blij met de beker hete thee in mijn handen.
"Vroeger, zo'n 60 jaar terug, lachten volwassenen gemiddeld 18 minuten per dag, tegenwoordig zijn dat er nog maar 6". ZES! Wat weinig! En wat is er gebeurd, de afgelopen 60 jaar, dat we zo verworden zijn tot chagrijnen? Hebben we het niet veel beter dan toen? En, zo vraag ik me ondanks alles ook af, hoe onderzoek je zoiets?
Om mij heen zit een groep collega's. Zij hebben het reuze naar hun zin. Voor
deze workshop vertelde Miranda hen al over 'Vitaliteitskunde'. Ook daar lachten ze wat af. Zij hebben hun 6 minuten allang overschreden vandaag en de dag is nog niet om.
Zij zijn gezond bezig, zo legt Miranda uit, want lachen doet veel goeds in je lichaam. Als je veel lacht, verlaag je je bloeddruk, je longen krijgen extra zuurstof en je stimuleert je immuunsysteem. Of dat nog niet genoeg is, maken we met lachen ook het gelukshormoon endorfine aan in de hersenen. Een geforceerde glimlach is daarvoor al voldoende, maar een forse lachbui nog veel beter. Bovendien kun je dit 'trainen', net als je spieren. Hoe vaker je lacht, hoe sneller je endorfines aanmaakt. Wie wil dat nou niet?
De workshop bestaat niet alleen uit lachen. Eerst maken we ons lichaam 'los', door in tweetallen overeenkomsten te zoeken en met een juichbeweging 'BINGO' te roepen, als er één gevonden is. Door de vele luidruchtige enthousiaste bingo's kan ik de andere helft van mijn tweetal amper verstaan, maar het is leuk om blij bingo te roepen. Een stoelendans volgt, op het liedje van Kabouter Plop. Zo komt het kind in ons naar boven. Dat kind, dat zoveel meer lachte.
"Met een stoelendans vooraf vergader je effectiever", zegt Miranda. Ik heb niet meegekregen waarom. Misschien wel omdat je gewoon minder tijd overhoudt voor de daadwerkelijke vergadering, als je eerst een kwartier rond de stoelen danst. Gezellig lijkt het me wel.
Na oefeningen waarbij we hard, vanuit de buik 'HaHaHa, HiHiHi en HoHoHo' moeten nep-lachen, krijgen een aantal collega's daadwerkelijk de slappe lach. Ik voel spierpijn opkomen in mijn wangen. Dat zal toch niet betekenen dat ik in het dagelijks leven te weinig lach? Ik zie mezelf altijd als een vrolijk iemand. Gelukkig maken andere lachebekken melding van spierpijn in de buik. Ja, bij een goede lachbui gebruik je ook nog eens heel veel spieren én je masseert je organen. Allemaal hartstikke goed en gezond.
Hoe ga ik mezelf meer aan het lachen krijgen? Een dagelijkse stoelendans op het werk? Regelmatig naar een cabaretier in de Schouwburg (sowieso een goed idee)? Gelukkig betrapte ik mezelf al op 3 spontane lachjes tijdens de ochtendwandeling met de hond. Lachjes om simpele dingen, trouwens, zoals een eend of een raar blad. Vaak schieten er ook bizarre gedachten door mijn hoofd. Wie weet, misschien lach ik toch wel meer dan 25 keer per dag. Ik hoop het maar, maar dan lachen anderen dus weer veel minder.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten