Pagina's

zondag 6 maart 2016

Het is nooit voor mij (gelukkig)

"Always a bridesmaid, never a bride"
Een bekend gezegde, die niet op mij van toepassing is. Het klopt, ik was nooit een bruid, maar ook geen bruidsmeisje, dus vandaar. Sowieso ben ik niet vaak op bruiloften, trouwens. Waarom dan deze opening?

Afgelopen dinsdag kwam een variatie van deze zin in me op: "regelmatig op de eerste hulp, maar nooit voor mezelf" Wat? Eerste hulp? (of Centrale Spoed Opvang, zoals dat blijkt te heten) Ja, inderdaad, ik zat op de eerste hulp. Daar zit ik dus vaker, gelukkig nooit voor mezelf, helaas wel voor mijn gezinsleden. Een druk sportend gezin, dan krijg je dat kennelijk. Enkels, knieën, pezen, een val van de trap, zijn zo de eerste oorzaken die in me opkomen. Dit keer werd ik gebeld door een collega van mijn man. Deze bellen mij nooit, dus ik wist gelijk dat het fout zat. En dit keer niet door sport, onwel geworden op het werk.

Wat deed dit met mij?
In eerste instantie schoot me het hart in de keel en de adrenaline in de benen. Binnen 5 minuten had ik collega's ingelicht, computer afgesloten en startte een persoonlijk record op de afstand werk-ziekenhuis. Ik hield me helemaal niet bezig met mij, alleen met hem.

 In de loop van de dag kwam 'ik' weer terug. Aanwezig zijn op de eerste hulp bestond vooral uit wachten. Wachten op uitslagen, onderzoeken en een dokter die dé oorzaak (onschuldig graag!) kwam vertellen. Terwijl man oncomfortabel in bed lag, zo'n onderzoeksbed is behoorlijk hard en hij lag aan allerlei draden, wisselde ik van kruk naar staan naar stoel en weer terug. Nergens is het echt prettig, daar is de ruimte natuurlijk ook niet voor gemaakt, en langzamerhand voel ik alles behoorlijk. Toch is de aandacht nog steeds bij hem.

Het personeel is ontzettend aardig. Er staat koffie, thee en er zijn zakjes drinkbouillon. Tijdens het wachten app ik met een vriendinnengroep, fijn even mijn verhaal kwijt. In de groep zitten ook dames met medische kennis, die nog één en ander voor mij kunnen verduidelijken. Allemaal zijn ze er virtueel voor me. Een warm gevoel.

Net als lijkt dat alles goed is en de ontslagpapieren in orde worden gemaakt, krijgt hij een nieuwe aanval en wordt besloten tot nog meer onderzoek. De kruk heeft de zachtste zitting, dus daar kies ik nu voor, een beetje hangend tegen de muur, terwijl man zachtjesaan in z'n bed ligt te snurken. Gelukkig, hij lijkt weer wat kleur te krijgen en is wat minder koud.

Als het wachten lang duurt, besluiten we dat ik de auto ga halen. Blij dat ik even weg kan, lastig hem daar achter te laten. Thuis besluit ik ook gelijk een tas in te pakken 'voor het geval dat'. En inderdaad, hij moet een nachtje overblijven. Mediumcare stroke unit. Dat klinkt ernstig!

Tegen de verwachting in slaap ik goed, maar ik word doodmoe wakker. Het is mijn vrije dag. Zoon en ik gaan naar de tandarts en we doen wat boodschappen. Thuis besluit ik me bezig te houden met mijn hobby postcrossing. Een kaartje per keer, daar is niet zoveel concentratie voor nodig. Gelukkig heeft man me al kunnen appen dat er geen ernstige zaken uit diverse scans zijn gekomen. Aan het eind van de middag mag hij ook weer naar huis, nog wat wankel, maar hij is er weer. Ook geen duidelijke diagnose, nog wel wat klachten. 

Zulke dagen gaan niemand in de koude kleren zitten, denk ik dan maar. Het hakt er bij mij ook behoorlijk in. De rest van de week ben ik doodmoe en extra stijf. Slapen gaat goed, maar ik word vermoeider wakker dan dat ik inslaap, voor m'n gevoel.

"Never a bride", daar maak ik me niet druk om, als deze man nog maar lang en gezond bij me blijft. 



(Man heeft waarschijnlijk last van BPPD)






Geen opmerkingen:

Een reactie posten